Bureau voor Visuele Documentatie, ca 1985
InleidingHet appartementengebouw met vijftien appartementen, gelegen op de hoek Emmaplein - Kempenlandstraat, is gebouwd in 1922, in opdracht van de gemeente 's-Hertogenbosch. Het appartementengebouw werd ontworpen door architect H.W. Valk en vertoont elementen van het Functionalisme en Amsterdamse School. Het vormt het eerste voorbeeld van gestapelde woningbouw in 's-Hertogenbosch. In 1970 werden de appartementen gerenoveerd.OmschrijvingHet appartementengebouw heeft een L-vormige plattegrond en telt drie en vier bouwlagen onder een plat dak. Boven de trappenhuizen is het gebouw hoger opgetrokken: deze uitbouwen voor o.a. opslagruimte zijn aan de achterzijde van het gebouw blokvormig en hebben boven de voorgevel een smallere, afgeronde vorm. Het gebouw heeft een gewapend betonconststructie, de voorgevels zijn opgetrokken in rode machinale baksteen, gedeeltelijk -op de begane grond en rondom de vensters- zwart geschilderd. Het appartementengebouw heeft in de voorgevels aan het Emmaplein en de Kempenlandstraat respectievelijk drie en twee ingangspartijen. Deze bestaan uit een houten deur met verticale ruit, voorzien van gegolfd smeedijzeren traliewerk. Smal verticaal zijlicht met glas-in-lood. Boven de ingangspartijen, ter hoogte van de trappenhuizen verticale accenten in de vorm van hoge, voor het gevelvlak uitkragende ramen in stalen kozijnen.Aan weerszijden van de ingangspartijen rechtgesloten vensters met gemoderniseerde ramen. Rondom de vensterpartijen licht uitkragend siermetselwerk, op de begane grond in rode, op de bovenverdiepingen in zwartgeschilderde baksteen. Markante hoekoplossing met een uitkraging boven de begane grondverdieping, aan de bovenzijde uitlopend in een overhoeks geplaatst, boven de gevel uitstekend element. De achtergevels zijn sober uitgevoerd, met gevels deels in gewitte baksteen, deels gepleisterd. De achtergevel bestaat uit afwisselend vierlaags vooruitspringende bouwdelen en terugliggende drielaags bouwdelen met balkons. In de twee traveeën brede hoge bouwdelen recht gesloten vensters met moderne ramen. Op de bovenverdieping kleinere verticale vensters. Ter hoogte van de balkons dubbele beglaasde balkondeuren met zij- en bovenlichten. De beide vleugels van het appartementengebouw worden verbonden door een terugliggend tussenlid, dat aan de achtergevel voorzien is van een afgeschuinde hoek. Ook voor dit tussenlid zijn in de achtergevel balkons aangebracht. Het interieur van het appartementengebouw is in 1970 gemoderniseerd, waarbij de indeling echter in hoofdlijnen bleef gehandhaafd. In het gebouw zijn vijftien appartementen ondergebracht. Het heeft vijf ingangspartijen met trappenhuizen, die toegang geven tot een drietal boven elkaar gesitueerde appartementen. In het midden van deze appartementen een kleine gang. Deze geeft toegang tot een slaapkamer, een keuken en een achterkamer tegen de achtergevel. Tegen de voorgevel, aan weerszijden van het trappenhuis een woonkamer en een slaapkamer. In 1970 zijn nieuwe doucheruimtes aangebracht. In de trappenhuizen is de oorspronkelijke aankleding gehandhaafd: hierin onder meer een geel tegellambris met zwarte randen, terrazzo vloer en traptreden, geornamenteerde smeedijzeren leuning. WaarderingHet appartementengebouw is van algemeen belang. Het bezit cultuurhistorische waarde: als eerste voorbeeld van gestapelde woningbouw in 's-Hertogenbosch vormt het appartementengebouw een bijzondere uitdrukking van een typologische ontwikkeling. Het appartementengebouw heeft architectuurhistorische waarde door de bijzondere plaats die het inneemt in het vroege werk van H.W. Valk en door de bijzondere detaillering en materiaalgebruik. Voorts is het als vroeg voorbeeld van een gewapend betonconstructie van belang als bijzondere uitdrukking van een bouwtechnische ontwikkeling. Het appartementengebouw is van belang vanwege de gaafheid van het exterieur. Tot slot is het appartementengebouw in de regio van belang vanwege typologische zeldzaamheid. |
1910 | Hollandsche buurtspoorwegen |
1928 | A.J.L. Hendriks - J.J. Linsen |
1910 | Hollandsche buurtspoorwegen |
1928 | C.J. Stoete - H.H.J. Wertenbroek |
1910 | Ledermagaz. van J.C. van Duren |
1928 | C.Th. de Jong |
1943 | wed. D.W.A. Zwijsen-Ploegmakers |
1908 | Hollandsche buurtspoorwegen - ?F.X. Keur (restaurateur tramstation Meijerij) |
1923 | Marinus F.W. Bovij (kantoorbediende) - wed. Mathieu P.J. Bovij (zonder) |
1928 | L.J. van der Veen |
1943 | wed. A.M. Claassens-Teurlings |
1908 | A. van Drunen (loopknecht) |
1910 | Werkplaats F. Kuijpers (beeldhouwer) |
1928 | J.G. Balkestein |
1908 | J. Breeve (machinist) |
1910 | J. v. Drunen (loopknecht) |
1928 | J.J. Ras |
1943 | Pl. van Nieuwehuijze (onderwijzer) - P.J. van Nieuwenhuijze (ambt. distributie) |
1910 | J.A. Breeve (chef machinist) |
1923 | Johannes Gerardus Balkestein (ambtenaar Ned. Sp.) |
1928 | L.F. de Beer |
1943 | J.Th.M. Hendriksen (handelsreiziger) |
1910 | Werkplaats H. Goedmakers (fabr. gouden werken) |
1928 | F.K.G. Hamburg - dr. J.G.A. Kattenbusch |
1943 | J.C.J. van den Hurk (bouwk. opzichter) |
1928 | G. Stürm |
1943 | H. Vugts (winkelier in kruidenierswaren) |